Op perron 10

Hij opent zijn armen. Ik kus hem. Hij ruikt naar koffie en sigaretten. Ik heb mijn koffie net afgehaald en open snel het dekseltje. We sprek...

Hij opent zijn armen. Ik kus hem. Hij ruikt naar koffie en sigaretten. Ik heb mijn koffie net afgehaald en open snel het dekseltje. We spreken zacht. Over hoe het is. Wat gelaten, van op een afstand. Maar hij staat er natuurlijk midden in. Ik herken het en lach met zijn woorden. Het voelt vertrouwd. We hebben elkaar gevonden. Hij nodigde me uit voor overleg, zocht aanknopingspunten, prikkelde mijn interesse. Hij vertelde me de achtergrond beetje bij beetje zonder me te overrompelen of het gevoel te geven dat ik niet kon nadenken. Er was zijn engagement, waar ik geen seconde aan twijfelde. Hij toonde me de spelletjes achter de schermen, beetje bij beetje, en lachte als ik verontwaardigd deed. De stad en zijn mensen laten ons niet los.

You Might Also Like

0 reacties